[This article is only available in Dutch.]

[This article is only available in Dutch.]
Legal design is al jaren een buzzword in de juridische sector. Juridische dienstverleners zouden intussen moeten beseffen dat zij zullen moeten afdalen uit hun ivoren torens, het juridisch jargon achterwege laten en producten en diensten aanbieden die niet alleen juridisch juist zijn, maar ook rekening houden met de noden van hun gebruikers. Als elk ‘BigLaw-advocatenkantoor’ en zelfs grote banken legal design-experimenten uitvoeren, zullen andere juridische dienstverleners simpelweg moeten volgen.
Maar wat met de toepassing van design thinking op het wetgevend proces? Eerder bespraken wij Facebook’s Open Loop-programma, waaronder ‘policy prototyping’-experimenten worden uitgevoerd, en analyseerden wij de uitkomst van hun eerste experiment, AI Impact Assessment: a Policy Prototyping Experiment (“AI-Impactbeoordeling: een beleidsprototype-experiment”). In deze blogpost kijken wij nader naar ‘policy prototyping’ (‘beleidsprototypering’) zelf en evalueren wij de voordelen en valkuilen die dit met zich kan meebrengen.
Het doel van design thinking is om producten en diensten te ontwerpen vanuit het perspectief van de (eind)gebruiker. Legal design houdt in dat men design thinking toepast op juridische processen zoals het opstellen van contracten, juridische adviesverlening, en het wetgevend proces. In plaats van teksten op te stellen door en voor juristen, tracht legal design gebruiksvriendelijke juridische producten te ontwikkelen vanuit het perspectief van de gebruiker. Laatstgenoemde zou de resultaten moeten kunnen gebruiken zonder juridische bijstand, net zoals geen computer-wetenschapper nodig is om een computer te gebruiken. Toegepast op het wetgevend proces, moet design thinking resulteren in wetgeving die aan de hieraan onderworpen natuurlijke of rechtspersonen moeiteloos bewust maakt van het bestaan van de wetgeving en hen werkelijk inzicht geeft in hoe ze toe te passen en de gevolgen ervan.
Er bestaan verschillende design-methodologieën. Voorbeelden hiervan zijn de Stanford-methode die bovenaan deze post staat afgebeeld, alsook het ‘Double Diamond’-model (ook wel ‘Four D’-model genoemd), dat de volgende fasen omvat:
Elk van deze methoden vereist een prototyping fase, volgend op de ideation fase. Prototyping, afgeleid van het Oud-Griekse prototypon (‘eerste vorm’), houdt in dat men basismodellen of -ontwerpen voor een machine of ander product maakt om zo een idee of concept in de praktijk te testen. Prototypes kunnen volledig functioneel zijn, of juist heel rudimentair en slechts uitgerust met enkele kenmerken van het eindproduct. Dit laat toe om bepaalde eigenschappen te testen en gaandeweg uit te dokteren ‘wat werkt’.
Zoals uitgelegd in onze vorige blogpost past het Open Loop-project voormelde design-methodologie toe. Het gebruik van beleidsprototypen wordt er beschreven als een snelle, goedkope manier om beleidsideeën te ontwerpen, uit te testen en om uit de feedback van gebruikers te leren of het idee moet worden verlaten of bijgestuurd, dan wel of erop kan worden voortgebouwd.
Het betrokken prototype werd opgesteld door Facebook en het Nederlandse technologieconsultancy-bureau Considerati en bouwt voort op de initiële uitwerking van een ADIA-kader (‘Automated Decision making Impacy Assessment’) door Facebook in haar antwoord op het Witboek Artificiële Intelligentie van de Europese Commissie. Interessant is dat de ADIA-prototypewet niet alleen een prototypewet in de strikte zin bevat, maar ook een prototype—handleiding (playbook). Dergelijke handleiding is een legal design-element dat de rechtsonderhorigen helpt bij het interpreteren en naleven van wettelijke verplichtingen. In dit geval door een stapsgewijze risicobeoordelingsmethode, een lijst van relevante waarden, een taxonomie van vormen van schade, en een lijst van beperkende maatregelen te verstrekken. Beide prototypes werden uitgewerkt met als doel getest te worden en opmerkingen en/of beleidsaanbevelingen uit te lokken.
Het ADIA-prototype werd getest door tien Europese technologie-start/scale-ups op de volgende criteria:
Kort samengevat vonden de deelnemers dat de prototypewet duidelijk genoeg was om er een basisinzicht in te krijgen, maar vonden ze onder meer ook dat de beschrijving van de betrokken actoren verwarrend was. Dit zou een duidelijke aflijning van verantwoordelijkheden in de praktijk kunnen beletten. Wat de effectiviteit betreft, werd besloten dat sommige vereisten uitdrukkelijker zouden moeten worden geformuleerd en dat de handleiding baat zou hebben bij een verdere uitwerking, zodat deelnemers de doelen van de prototypewet beter (of zelfs volledig) konden vervullen. Ten slotte vermeldt het rapport dat het uitvoeren van een ADIA de deelnemers kostengewijs niet overbelastte. Een belangrijke genoemde factor daartoe is de overlapping tussen de voorgestelde ADIA en de gegevensbeschermingseffectbeoordeling of DPIA zoals voorzien in de Algemene Verordening Gegevensbescherming of AVG.
Wetten en overheidsbeleid worden zelden uitgetest in de praktijk. Nieuwe wetgeving wordt vaak verweten geen rekening te houden met de werkelijke situatie van de personen wiens activiteiten (of zelfs wiens leven) erdoor wordt beheerst. Het idee om rekening te houden met feedback alvorens wetgeving aan te nemen is niet nieuw (zie bijv. de meerdere publieke consultatieprocessen die de EU de laatste jaren heeft ondernomen), maar de bijkomende stap om wetgeving ook te testen en een proefimplementatie uit te voeren kan een aantal voordelen inhouden, zoals o.a.:
Er zijn echter ook enkele risico’s verbonden aan een policy prototyping-proces, zoals:
Policy prototyping biedt een goede mogelijkheid om wetgeving empirisch te testen vooraleer ze wordt aangenomen. Dit kan bijdragen tot de doelmatigheid van wetgeving en de bruikbaarheid door en voor het grote publiek. Het bevordert rechtszekerheid en de effectiviteit van het recht.
Policy prototyping heeft echter inherente beperkingen en kan misbruikt worden door belangengroepen als middel om regelgeving naar hun hand te zetten.
Beleidsmakers moeten zich daarom goed bewust zijn van deze beperkingen zodat ze kunnen garanderen dat de wetten die uit prototypes voortkomen de publieke welvaart verhogen en niet verminderen.
Omslagfoto door Kaboompics via Pexels.