Artikel

China: De Chinese aanpak voor AI: beleid, ethiek en regelgeving

Dit academische artikel concentreert zich op de sociaal-politieke achtergrond en de beleidsdiscussies die vorm geven aan China's AI-strategie. In het bijzonder worden de belangrijkste strategische gebieden waar China in AI investeert en de daarmee gepaard gaande ethische debatten besproken. Door een brede waaier aan beleidsdocumenten te analyseren en zowel vanuit een Westers extern als Chinees intern perspectief te kijken, wordt er een goed inzicht verschaft in het Chinese AI-beleid.

Wat: academisch artikel

Impactniveau: 5- achtergrondinformatie

Voor wie: Beleidsmakers, ontwikkelaars, fabrikanten, dienstverleners en gebruikers

Referentie: H. Roberts et al., The Chinese approach to artificial intelligence: an analysis of policy, ethics, and regulation, AI & SOCIETY (2021) 36:59–77

URL: https://link.springer.com/article/10.1007/s00146-020-00992-2

Samenvatting

In juli 2017 publiceerde de Chinese Staatsraad de nationale strategie voor de ontwikkeling van AI, getiteld (in het Engels) de ‘New Generation Artificial Intelligence Development Plan’ (新一代人工智能发展规划) (“NGAIDP”). In deze strategie worden de Chinese strategische doelstellingen uiteengezet, nl. (i) om tegen 2030 de mondiale leider te worden op het gebied van AI, (ii) om van de Chinese AI-industrie een biljoen yuan (ca. 150 miljard dollar) industrie te maken en (iii) om zich te ontpoppen als de drijvende kracht bij het bepalen van ethische normen en standaarden voor AI.

Verder belicht het NGAIDP drie domeinen die voor China een belangrijk verschil kunnen maken. Ten eerste is er de internationale concurrentie. Hierbij gaat het voornamelijk om het actief ontwikkelen van superieure militaire (AI-)technologie en zodoende, op militair gebied, de VS achter zich te laten. Interessant om op te merken is dat Chinese beleidsmakers zich reeds hebben uitgesproken tegen het gebruik van autonome wapens, maar niet tegen de ontwikkeling ervan. Ten tweede is er de economische ontwikkeling. AI moet leiden tot een transformatie in alle sectoren zodat de Chinese economie en het onderliggende groeimodel kan evolueren naar een innovatie (en niet langer productie)-gebaseerde economie. De NGAIDP vermeldt de bezorgdheid dat dergelijke evolutie zou kunnen leiden tot schokken op de arbeidsmarkt, maar beoogt dit te op te vangen door middel van onderwijshervormingen. Ten derde is er het domein maatschappelijk bestuur. AI zal binnen diverse Chinese overheidsdiensten gebruikt worden om een nauwkeuriger beheer van sociale diensten mogelijk te maken en zodoende de sociale uitdagingen te beperken en het leven van mensen te verbeteren. In praktijk lijkt dit voornamelijk te zullen neerkomen op massa surveillance en het gebruik van big data om op allerlei manieren het individuele gedrag te sturen (bv. door middel van het sociaal krediet-systeem). Dit alles wordt overigens verder geconcretiseerd op het vlak van timing: tegen 2020 dient China de leidende landen (i.e. VSA) te zijn bijgebeend, tegen 2025 moeten er bepaalde fundamentale doorbraken op het vlak van AI zijn gerealiseerd en tegen 2030 moet China de globale AI leider zijn.

Dit NGAIDP is trouwens geen strikt centraal gestuurd initiatief, maar functioneert als een stimulans en stempel van goedkeuring voor lokale projecten die gebruik maken van AI. Het zijn immers voornamelijk de private sector (in de hoedanigheid van ‘nationale kampioenen’ bv. Baidu, Tencent, Ali Baba) en lokale overheden die deze strategie dienen te realiseren.

Wat betreft het ethische luik, geeft het artikel aan dat er al meerdere Chinese verklaringen zijn die gelijkaardige principes als de Westerse verklaringen bevatten (bv. transparantie), maar dat verwacht wordt dat hun implementatie wezenlijk zal verschillen van de Westerse varianten.