Lokale overheden kunnen op dit moment toegang krijgen tot ANPR-gegevens in het AMS-systeem. Dit kan echter enkel in het kader van wettelijke opdrachten en op voorwaarde dat er een link is met de openbare veiligheid. Het gebruik van geanonimiseerde of gepseudonimiseerde ANPR-gegevens zou voor hen eveneens nuttig kunnen zijn voor de optimalisatie van beleidsprocessen, zoals bijvoorbeeld voor het meten van de luchtkwaliteit of het handhaven van de LEZ. Daarom zijn lokale overheden vragende partij om toegang te verkrijgen tot geanonimiseerde of gepseudonimiseerde ANPR-gegevens.
Dit is vandaag wettelijk gezien echter niet mogelijk omdat er geen wettelijke grondslag is voor het ontsluiten van politionele gegevens naar niet-politionele overheden/instanties voor niet politionele/justitiële doeleinden.
Verschillende partijen ijveren dan ook voor een aanpassing van de WPA. In oktober 2020 werd een standpunt van VVSG overgemaakt aan de minister van Justitie (Vincent Van Quickenborne) en aan minister van Binnenlandse Zaken (Annelies Verlinden). Daarin vraagt VVSG een aanpassing van de WPA aan. Deze aanpassing betreft een uitbreiding van het huidige artikel 44/11/9. Daardoor kunnen lokale overheden toegang krijgen tot geanonimiseerde of geaggregeerde gegevens uit de nationale technische gegevensbank ANPR voor de uitvoering van een gegevens-gedreven beleid in functie van duurzame, leefbare en veilige slimme steden en gemeenten. De toegang hiertoe is enkel mogelijk indien wordt voldaan aan de vereisten inzake informatieveiligheid, en zonder afbreuk te doen aan een opdracht van de veiligheidsdiensten of een lopend onderzoek. Dit is reeds voorzien in het bestek van het nationaal ANPR-cameranetwerk.
Ook de Vlaamse Milieumaatschappij en het Departement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW) vragen een aanpassing van de Wet op het politieambt. Het Departement MOW diende samen met SPW Mobilité et Infrastructure (Waals Gewest) en Brussel Mobiliteit (Brussels Hoofdstedelijk Gewest) een nota in met de vraag toegang te krijgen tot de geanonimiseerde of gepseudonimiseerde gegevens uit het ANPR-Management System van de Federale politie, én dit ook voor niet politionele doeleinden (bv. onderzoeks-, monitorings-, verkeersmanagement- of rapporteringsopdrachten). Zij zijn vragende partij voor een wijziging van het tweede lid van artikel 44/11/9 en een wijziging van artikel 44/11/10 van de WPA.
Ook het VIAS Institute publiceerde recent een rapport dat in opdracht van de steden Antwerpen, Kortrijk, Mechelen en Turnhout en met de steun van VLAIO (City of Things) werd uitgevoerd. De studie besluit dat er nood is aan een passend wettelijk kader voor de toegang tot ANPR-gegevens. In het Webinar ‘ANPR-camera’s: slimmer dan gedacht. Toegang tot ANPR-gegevens voor lokale besturen’ van 19 november 2020 werd het rapport van het VIAS Institute toegelicht. Uit de toelichting en het rapport komt naar voren dat er enkele technische, juridische en maatschappelijke uitdagingen en onduidelijkheden gekoppeld zijn aan het AMS-systeem.
Technisch gezien is het delen van gegevens tussen het lokale en federale niveau mogelijk via forking, waarbij de gegevens van het ene niveau (bv. lokaal/federaal) naar het andere niveau (bv. federaal/lokaal) worden gestuurd. Beide niveaus kunnen ook ANPR-gegevens ontvangen, waarbij lokale overheden louter toegang hebben tot geanonimiseerde gegevens.
Toch zijn er ook heel wat uitdagingen en onduidelijkheden op technisch vlak:
- De complexiteit om lokale backoffices te verbinden met de federale backoffice (het AMS-systeem). De vraag stelt zich bijvoorbeeld hoe deze uitwisseling op een privacy-vriendelijke en veilige manier kan gebeuren?
- Indien alle lokale overheden en politiezones hun ANPR-gegevens delen met het federale AMS-systeem vraagt dit een zekere opslagcapaciteit.
- De opstelling van een IT-beveiligingsbeleid dat rekening houdt met onder meer de volgende aspecten: performante gegevensdeling, opslag en verwerking van gegevens, gebruiks- en gebruikersregels, controle op gegevensdeling, -verwerking en -opslag, bescherming van het centraal AMS-systeem tegen bedreigingen.
- Lokale overheden kunnen slechts toegang hebben tot ANPR-gegevens indien deze geanonimiseerd zijn. Dit anonimiserings- of pseudonimiseringsproces is een politionele bevoegdheid. Om geanonimiseerde of gepseudonimiseerde gegevens te delen met lokale overheden moeten deze echter uit het politioneel netwerk worden gehaald. Een derde partij op gewestelijk niveau kan hierbij fungeren als tussenschakel tussen het federale en lokale niveau.
In het rapport van het VIAS Institute komen eveneens enkele uitdagingen en onduidelijkheden op juridisch en maatschappelijk vlak aan bod:
- Zowel voor- als tegenstanders van het AMS-systeem geven dezelfde redenen aan om het systeem al dan niet te centraliseren of te decentraliseren: privacy, toezicht op de naleving van privacy, de grootte van de gegevensbank en de afwezigheid van beleid.
- Het is niet geweten hoeveel ANPR-camera’s er precies zijn en waar die allemaal worden gebruikt omwille van het versnipperde landschap met betrekking tot hun eigenaars en beheerders (bv. lokale overheden, lokale politiezones, federale politie).
- Het delen van ANPR-gegevens met lokale overheden is momenteel wettelijk gezien niet mogelijk. Het rapport van het VIAS Institute stelt daarom twee mogelijke wetswijzigingen voor om dit mogelijk te maken:
- Een aanvulling van artikel 25/7 van de WPA die toelaat om anonieme of gepseudonimiseerde gegevens met lokale besturen voor bepaalde doeleinden te delen;
- Een aanpassing van het artikel 44/11/9 WPA dat openbare overheden (enkel steden en gemeenten) de mogelijkheid biedt om anonieme ANPR-gegevens te ontvangen voor beleidsdoeleinden en een kruispuntbank voorziet die instaat voor het anonimiseren of pseudonimiseren van ANPR-gegevens.