Sport, artificiële intelligentie en recht
11.08.2020
Door Jan De Bruyne & Michiel Fierens - KU Leuven Centre for IT & IP Law (CiTiP)
Ook in sport worden AI-systemen door hun vele voordelen steeds meer gebruikt voor verschillende doeleinden. Het toenemende gebruik van AI in sport brengt echter een aantal juridische (en ethische) uitdagingen met zich mee. Ze worden hieronder kort toegelicht.
Gebruik van AI in sport
AI-systemen worden gebruikt om prestaties van individuele atleten te verbeteren. Het interactieve AI-systeem Home Court gebruikt bijvoorbeeld de camera van een smartphone om tijdens een training real-time feedback te geven over de prestaties van een atleet. Een atleet verbetert op die manier zijn/haar vaardigheden. Daarnaast kan AI ook worden gebruikt om blessures te voorkomen en herstel te bespoedigen. Het Ierse nationale rugbyteam maakt gebruik van connected clothing om AI-systemen te voeden met gegevens voor herstel en blessurepreventie. Het DTAI Sports Analytics Lab van de KU Leuven gebruikt AI om de impact van een (loop)training op gewrichten, spieren en botten te voorspellen.
Ook binnen het UGent VICTORIS netwerk wordt AI ingezet om blessures te voorkomen, onder andere bij fietsfitting. Een andere studie door onderzoekers van de UGent richtte zich op het gebruik van AI-systemen bij de begeleiding van jeugdvoetballers. Het ontwikkelde algoritme was onder andere in staat om blessures te voorspellen, zodat de nodige preventieve maatregelen konden worden genomen.
AI-systemen kunnen ook worden gebruikt om de prestaties van een hele ploeg te verhogen. Voetbalclub Liverpool gebruikt AI-systemen van SkillCorner om beweging van zowel spelers als de bal in kaart te brengen, waardoor coaches de zwakke punten van hun ploeg in een oogopslag kunnen zien. De Glasgow Rangers vertrouwen dan weer op de IP-camera's van Hudl om de wedstrijden in real time te analyseren voor gelijkaardige doeleinden.
AI speelt eveneens een rol bij scouting van spelers, coaching of tactische besluitvorming. Sportlogiq ontwikkelde een AI-systeem dat in staat is om getalenteerde spelers in het ijshockey aan te duiden die anders niet ontdekt zouden worden. Terwijl BioRICS aan de hand van een stress-monitoringsysteem tactische beslissingen kan nemen voor bestuurders van racewagens, gebruikt voetbalclub Leicester een AI-systeem dat trainers informeert over tactische fouten die ze op het veld hebben gemaakt.
AI kan ook scheidsrechters ondersteunen en deze op termijn zelfs vervangen. De Major League Baseball bijvoorbeeld overweegt het gebruik van een Trackman. Dit systeem volgt de beweging van de bal en neemt beslissingen op basis van een grafische radar. In professionele tennistornooien wordt AI al langer ingezet om scheidsrechters te helpen bij het bepalen of een bal in of uit was. Ook de Spaanse topvoetbaldivisie introduceerde een Video Assistant Referee (VAR) die beroep doet op een algoritme om het speelveld nauwkeurig te kalibreren en om het grafisch in kaart te brengen om op die manier de besluitvorming te ondersteunen.
AI wordt ook gebruikt in e-sports om de prestaties van gamers te verbeteren. Falcon AI is bijvoorbeeld een bedrijf dat SenpAI heeft opgericht. Dit AI-systeem maakt diepgaande analyses van de speelstijl van gamers, waarbij hun sterke en zwakke punten in kaart worden gebracht. Het systeem suggereert zelfs nieuwe speelstijlen en strategieën om een computerspel te kunnen winnen. AI-systemen kunnen ook worden gebruikt om e-sport teams te vormen. Rival-ai bijvoorbeeld is een e-sportbedrijf dat met behulp van AI geavanceerde scoutingrapporten voor teams en trainers beschikbaar stelt.
Enkele juridische en ethische uitdagingen
Het gebruik van AI in sport zorgt uiteraard voor juridische en ethische uitdagingen. De voornaamste worden hier kort toegelicht en zullen in de toekomst verder worden onderzocht.
Ten eerste zijn er verschillende vraagstukken rond gegevensbescherming. AI-systemen verzamelen en verwerken immers persoonsgegevens van atleten. De Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) moet dus worden nageleefd. De AVG is niet enkel van toepassing bij de ontwikkeling van een AI-systeem dat met persoonsgegevens wordt getraind, maar ook wanneer het systeem voor het analyseren of het nemen van beslissingen wordt gebruikt. Het zal van belang zijn te bepalen wie de verwerkingsverantwoordelijke en verwerker van deze gegevens zijn. De AVG berust eveneens op een aantal beginselen, zoals ‘minimale gegevensverwerking’, die bij de ontwikkeling en het gebruik van AI in sport uitdagend kunnen zijn.
Persoonsgegevens die door AI-systemen worden verwerkt zullen in sport meestal betrekking hebben op de medische of gezondheidstoestand van atleten. Dergelijke gegevens mogen in principe niet worden verwerkt. Er zijn wel een aantal uitzonderingen zoals een uitdrukkelijke toestemming die geïnformeerd, ondubbelzinnig en vrij is. Dit is echter niet steeds vanzelfsprekend gelet op het machtsonevenwicht dat kan bestaan tussen een professionele atleet en een (sport)organisatie. Atleten hebben bijvoorbeeld niet de mogelijkheid om zich te verzetten tegen de verwerking van hun gegevens indien dit deel uitmaakt van hun uitrusting (connected clothing). De soms lucratieve sportcontracten zetten het principe van vrije toestemming eveneens onder druk. Onderzoek toont aan dat ook alternatieven gronden voor verwerking een aantal problemen met zich meebrengen. Een atleet heeft in elke geval het recht om niet te worden onderworpen aan een besluit dat uitsluitend gebaseerd is op een geautomatiseerde verwerking, dus zonder betekenisvolle menselijke tussenkomst. Bijkomend onderzoek over een dergelijke tussenkomst is alvast aangewezen. De AVG voorziet ten slotte ook in beschermingsmechanismen/vereisten bij het profileren van jeugdspelers en bij de verwerking van hun persoonsgegevens.
Er zijn ten tweede ook uitdagingen met betrekking tot de eigendom, de toegang en het beheer van (persoons)gegevens wanneer verschillende actoren betrokken zijn bij het verzamelen en verwerken ervan (bv. clubs, ontwikkelaars van systemen, platformen…). Los van de manier waarop gegevens van atleten worden verkregen, blijft de vraag wie er uiteindelijk eigenaar van is. In dit verband is het ook aangewezen om na te gaan in welke mate het voortdurend opvolgen van professionele atleten in strijd kan zijn met het recht op eerbiediging van het privé- en gezinsleven. Het monitoren van subjectieve gegevens zoals slaapritme, stress of depressie kan leiden tot een constante monitoring van sporters. Er is mogelijks ook onderzoek nodig naar het wettelijk kader en de waarborgen wanneer (publieke) instanties AI gebruiken om atleten op te volgen, bijvoorbeeld in de strijd tegen doping.
Ten derde zijn er uitdagingen rond cyberveiligheid. Het Wereld Anti-Doping Agentschap werd tijdens de Olympische Spelen van 2016 aangevallen door de Russische cyberspionage groep. De groep kreeg toegang tot databanken en publiceerde gegevens van atleten online. Ook het scoutingplatform Scout7 van Manchester City werd in het verleden al door Liverpool gehackt. Het belang van cyberveiligheid zal alleen maar toenemen met het groeiend aantal AI-systemen in sport en het gebruik van draagbare technologie om dergelijke systemen te voeden.
AI kan ten vierde worden gebruikt in de verschillende stadia van de totstandkoming van (sport)contracten. De National Football League (NFL) gebruikt reeds een AI-systeem dat bepaalt of een team al dan niet te veel betaalt voor een speler. De statistieken van een speler kunnen hierbij in aanmerking worden genomen om het salaris te verhogen/verlagen of om gunstigere voorwaarden te bedingen. Deze informatie kan zowel bij onderhandelingen als bij het beëindigen van het contract van een atleet worden gebruikt, bijvoorbeeld wanneer hij/zij niet presteert zoals verwacht. Bijkomend onderzoek naar de wenselijkheid en de grenzen van het gebruik van AI bij dergelijke beslissingen lijkt dan ook aangewezen. In dit verband heeft de National Basket Association (NBA) in 2017 alvast een collectieve arbeidsovereenkomst uitgevaardigd om te voorkomen dat gegevens die zijn verkregen op basis van wearables worden gebruikt bij contractonderhandelingen.
Tot slot zijn er nog een aantal andere uitdagingen. AI kan bijvoorbeeld worden ingezet om de uitkomst van wedstrijden te voorspellen, wat dan weer een invloed heeft op de gokindustrie. Een evaluatie van het toepasselijke wetgevende kader ter voorkoming van fraude in de gokindustrie lijkt in dit opzicht interessant. De vraag rijst ook in hoeverre we het gebruik van AI moeten/kunnen toestaan om menselijke prestaties te blijven verbeteren. Bestaat er met name geen risico op ‘artificiële doping’ en zijn er/waar liggen grenzen aan het gebruikt van AI in sport (cf. human enhancement en cyborgs)? Het gebruik van AI kan er ook toe leiden dat emoties uit de sport verdwijnen. Sport zou al snel saai worden als het op de meest efficiënte manier wordt gespeeld/beoordeeld. Het blijft maar de vraag of toeschouwers willen dat perfecte beslissingen worden genomen op het perfecte moment. Ook met betrekking tot e-sports zijn er tal van (juridische) uitdagingen.
Besluit
Er zijn verschillende juridische (en ethische) uitdagingen bij het gebruik van AI in sport. In deze blog werden er een aantal kort opgeworpen. Het belang ervan zal de komende jaren alleen maar toenemen. Bijkomend interdisciplinair en rechtsvergelijkend onderzoek over dit onderwerp is aangewezen, waar ook enkele onderzoekers verbonden aan CiTiP graag aan willen meewerken.
De auteurs zijn verbonden aan het KU Leuven Centre for IT & IP Law (CiTiP)
Deze bijdrage is gebaseerd op twee eerdere blogposts waarin het onderwerp uitvoerig wordt behandeld, en op een eerdere bijdrage in de Juristenkrant
Contact
Afbeelding atletiek:
Photo by Edgar Eler on Scopio