DIGITALE INCLUSIE

Barometer Digitale Inclusie: Welke conclusies trekt het Kenniscentrum uit cijfers over digitale inclusie?

08.09.2020

Onlangs publiceerde de Koning Boudewijnstichting de ‘Barometer Digitale Inclusie’, dat de oorzaken, gevolgen en de evolutie van digitale uitsluiting in België in kaart brengt. Ook het Kenniscentrum Data & Maatschappij las het rapport met aandacht, en bekijkt welke gevolgen de cijfers hebben voor onze plannen om te werken rond datageletterdheid bij het brede publiek.

DE BAROMETER IN HET KORT

Het document omvat cijfers rond (1) ongelijke toegang tot digitale technologieën, (2) ongelijke digitale vaardigheden, en (3) een ongelijk gebruik van essentiële diensten. De auteurs, Périne Brotcorne (UCLouvain, CIRTES) en Ilse Mariën (imec-SMIT-VUB), baseerden zich hiervoor op beschikbare cijfergegevens op regionaal, federaal en zelfs Europees niveau, en op een vijftiental interviews met personen die een risico lopen op digitale uitsluiting.

Een aantal resultaten uit het rapport die onze aandacht trokken:

  • Ongelijke toegang tot technologieën
    • 10% van de Belgische huishoudens heeft thuis geen internetverbinding.
    • Voornamelijk gezinnen met een laag inkomen en alleenstaanden waren in 2019 het minst verbonden met het internet.
    • We zijn steeds meer mobiel met het internet verbonden. Hoe lager je inkomen en je opleidingsniveau, hoe meer je enkel via jouw smartphone het internet gebruikt.
    • 8% van de Belgen tussen 16 en 74 jaar gebruikte in 2019 geen internet, tegenover 14% in 2015. Als je dit cijfer van naderbij bekijkt, zie je dat dit cijfer stijgt tot 24% bij mensen met een laag inkomen, 21% bij laaggeschoolden en personen tussen 55 en 74 jaar, tot zelfs 28% bij mensen tussen 65 en 74 jaar.
  • Ongelijke digitale vaardigheden
    • 38% van de Belgen had in 2019 gevorderde digitale vaardigheden, d.w.z. dat zij meer dan één activiteit in de volgende 4 competentiedomeinen hebben uitgevoerd: informatie (vb. mappen kopiëren of verplaatsen), communicatie (vb. gebruik van e-mail of sociale media), het oplossen van problemen (vb. installatie van programma’s of apps) en tenslotte software-gerelateerde competenties (vb. gebruik van tekstverwerkingsprogramma’s).
    • 40% van de Belgische bevolking is kwetsbaar voor de toenemende digitalisering van de samenleving: 32% heeft zwakke digitale vaardigheden (d.w.z. dat zij slechts op een van de vier competentiedomeinen activiteiten hebben uitgevoerd), 8% gebruikt geen digitale technologieën. Die cijfers liggen veel hoger bij mensen met een laag inkomen die laaggeschoold zijn, vrouwen en werkzoekenden.
  • Ongelijk gebruik van essentiële diensten
    • Belgen hebben zich in grote mate internetbankieren en e-commerce eigen gemaakt.
    • In Vlaanderen, worden de diverse online diensten het vaakst gebruikt: 82% voor e-banking en 76% voor online aankopen.
    • 51% van de internetgebruikers met een laag inkomen en 57% van diegenen met een laag opleidingsniveau kochten nog nooit iets online. 37% van hen gebruikten nog nooit e-banking.
    • Sinds enkele jaren, blijven de cijfers i.v.m. het gebruik van digitale overheidsdiensten op hetzelfde peil.
    • Opvallend, 56% van de internetgebruikers met een laag inkomen en 57% van diegenen met een laag opleidingsniveau bezorgen geen formulieren aan administraties via de digitale weg, zelfs wanneer ze moeten. Waarom juist? Zij moeten hiervoor beroep doen op een derde, ze beschikken over te weinig vaardigheden en het doorlopen van de administratieve stappen is te complex.
““We moeten vermijden dat de voordelen van de toenemende digitalisering van onze samenleving vooral te beurt vallen aan groepen die sociaal, cultureel en economisch al bevoordeeld zijn, waardoor de kloof tussen sociale groepen dieper wordt.””
Périne Brotcorne en Ilse Mariën
Auteurs van 'Barometer Digitale Inclusie', in opdracht van Koning Boudewijnstichting.

WELKE CONCLUSIES TREKT HET KENNISCENTRUM UIT DIT RAPPORT?

Het Kenniscentrum Data & Maatschappij zet in op datageletterdheid, ook bij het brede publiek. Datageletterdheid omvat veel aspecten, maar tegelijk lijkt het voor veel personen een ver-van-mijn-bed show, zeker bij mensen met weinig digitale toegang, digitale vaardigheden of die weinig tot geen digitale toepassingen gebruiken. Toch worden ook van hen persoonsgegevens bijgehouden en verwerkt, en is het in hun belang hier een begrip van te hebben. Denk maar aan de gegevens die een bank bijhoudt, een dokter, of een supermarkt op basis van je klantenkaart. En ook op veel andere manieren beïnvloedt de steeds verregaandere verwerking van gegevens onze levens.

Digitale inclusie is daarom een thema voor het Kenniscentrum Data & Maatschappij. Enerzijds omdat we niet willen dat algoritmes ongelijkheden (bias) creëren, of dat bij de ontwikkeling van technologische oplossingen niet wordt gedacht aan die groepen die beperkingen ondervinden op vlak van toegang, vaardigheden of gebruik. Anderzijds is het voor het Kenniscentrum net de uitdaging om op een laagdrempelige, niet hoog-technologische manier begrippen rond datawijsheid duidelijk te maken aan een breed publiek. Wat verstaat men onder datatoepassingen en AI? Wat doen ze juist? Welke mogelijkheden bieden ze? Waar moet je waakzaam voor zijn?

Belangrijk hierbij is om rekening te houden met de mate waarin burgers deel zijn van de digitale samenleving, die zoals de barometer ook aantoont erg verschillend is onder de samenleving. De ene persoon voelt zich al meer thuis in de digitale wereld dan de andere. De uitdaging voor ons is om nieuwe manieren te vinden om iedereen te bereiken.

Het Kenniscentrum Data & Maatschappij zette hier al eerste stappen toe. In het project ‘Iedereen Datawijs!’ bijvoorbeeld, waar laaggeletterde of kortgeschoolde volwassenen op een bewuste manier worden betrokken in het verhaal van digitale innovatie in België. Dit gebeurt via een Train-The-Trainer-opleiding voor coaches, die digitale vaardigheden bij volwassenen helpen ontwikkelen, en via data- en AI-geletterdheidstrainingen voor volwassenen, aangesloten bij de 13 Centra voor Basiseducatie en de 49 Centra voor Volwassenenonderwijs in Vlaanderen en Nederlandstalig Brussel. De andere partnerorganisaties in dit project zijn: AI Lab (VUB), AI Experience Center (VUB), imec-SMIT (VUB) en Mediawijs (imec). Wil je meer info over het DBSF-project ‘Iedereen Datawijs!’? Lees dan deze eerder gepubliceerde blogpost over de aanpak en inhoud van de Train-The-Trainer-opleiding over datawijsheid.

Het Kenniscentrum werkte eerder ook al mee aan de mediawegwijzer ‘Iedereen Datawijs’, een infogids over datawijsheid voor leerkrachten in het secundaire onderwijs. Ook in de toekomst willen we verder inzetten op een inclusieve benadering van datawijsheid.